Mechanisatie in de glasindustrie

 

 

Johan Soetens

 

 

Op 16 maart hield ons lid Johan Soetens een lezing over mechanisatie in de glasindustrie.

Tot de jaren vijftig van de 20e eeuw werden drinkglazen handmatig gemaakt: een glasblazer rolt een druppel gesmolten glas uit tot een steel van het glas en een voet en blaast een deel van de steel uit tot een wijnglas; vanaf ca 1950 worden wijnglazen machinaal gemaakt, maar voor kristallen drinkglazen worden nog altijd handmatig geblazen.

De mechanisatie van de productie van glas is begonnen toen er op grotere schaal gloeilampen geproduceerd werden.
In 1915 begon Philips in een eigen glasfabriek in Nieuw Buinen met de productie van glasballons voor gloeilampen (koolstofdraadlampen) en radiobuizen. Voor deze fabriek werden gezinnen uit Drenthe gehaald; hun dorp van zo’n 800 huizen werd daarom het “Drentse dorp” genoemd.
In deze glasfabriek (maar dat geldt voor alle glasblazerijen) werkten niet alleen de mannen (als glasblazer), maar ook de vrouwen en kinderen, allen gedurende lange dagen en voor een beperkt loon.
In de bekende “Kinderwet” van minister Van Houten (1874) werd kinderarbeid verboden, maar met een nadrukkelijke uitzondering (ontheffing van het verbod) voor de glasblazerijen, omdat die, vanwege het ontbreken van mogelijkheden om de productie te mechaniseren, niet zonder de inzet van kinderen zouden kunnen.

In zijn lezing stond spreker stil bij de ontwikkelingen in de productie van diverse soorten glas, zoals drinkglazen, flessen, vensterglas en autoruiten. Mechanisatie van de productie kwam vanaf eind 19e eeuw langzaam op gang. 

Klik op powerpoint om de lezing te bekijken of te downloaden. NB: omdat dit een groot bestand is, kan het enige tijd duren voorook de afbeeldingen verschijnen. Even geduld dus!

Enable Javascript